Naar aanleiding van mijn één na laatste blog over de Wet verplichte GGZ ben ik met enige regelmaat hierover benaderd. ‘Goed punt wat je maakt!’ en ‘Fijn dat iemand eens zijn mond opentrekt!’. Dat is uiteraard erg leuk om te horen, maar dat lost het praktische probleem van uitvoering nog niet op. We zijn nu twee weken verder na het publiceren van mijn blog en, behalve dat iedereen het probleem deelt, is er nog niemand met een oplossing gekomen. Sterker nog, inmiddels ben ik al een paar keer benaderd over de zorg dat toezichthoudende partijen, zoals de Reclassering en de gevangenissen, zich niet bewust zijn van de gevolgen die er per 1 januari 2020 aan zitten te komen. In eerste instantie dacht ik dat dat vooral niet het probleem van de GGZ-instellingen moest zijn, maar aan de andere kant willen we met z’n allen goede zorg leveren aan zij die de psychische hulp goed kunnen gebruiken, dus helemaal de kop in het zand steken is er dus ook niet bij. Bijna wilde ik schrijven ‘als een struisvogel’, maar na vluchtig onderzoek is gebleken dat struisvogels helemaal niet hun kop in het zand steken, dus dan zou ik onterecht de zwarte piet naar de gehele struisvogelkolonie toespelen, en zeker rond Sinterklaastijd is dat niet heel handig om te doen. Goed, er moet dus iets gebeuren. Nu weet ik dat ik het goede voornemen had om niet de hele wet te gaan bekritiseren en lekker met popcorn en cola 1 januari 2020 af te gaan wachten, maar aangezien ik hier zelf ook baat bij heb, ga ik toch nog wat aandacht aan de nieuwe Wet verplichte GGZ besteden. Uiteraard blijft mijn core business de forensische psychiatrie, dus beperk ik mij in dezen dan ook tot dit onderwerp.

Wat is het volgende probleem? Ik had in de vorige blog al een heel epistel geschreven over het fenomeen ‘vrijwillig’ en ‘gedwongen’ verblijven in een forensische instelling. Ook heb ik belicht dat er vanaf januari 2020 enkele titels, naja eigenlijk alles behalve de tbs met dwangverpleging, over zullen gaan van gedwongen naar vrijwillig. Nu gaat het om het gevolg wat er met deze mensen gebeurt als zij zich niet aan de voorwaarden houden. Ik zal aan de hand van twee casussen de problematiek een beetje helder proberen te beschrijven. Aangezien het wederom een lap tekst gaat worden, heb ik besloten er een tweeluik van te maken. Ik zal beginnen met het voorstellen van de eerste casus, ISD’er Sjors.

ISD’er Sjors

Sjors (30 jaar) staat bekend als frequente wetsovertreder, ook wel draaideurcrimineel genoemd. Mensen zoals Sjors houden zich bezig met spullen stelen, vernieling of het veroorzaken van overlast waardoor ze vaak voor de rechter moeten verschijnen. Om de maatschappij te beschermen is besloten dat het vanaf oktober 2004 mogelijk is om mensen zoals Sjors een ISD-maatregel op te leggen, ook wel inrichting stelselmatige dader genoemd. Dit betekent dat Sjors voor maximaal twee jaar wordt vastgehouden zodat zijn omgeving in ieder geval even geen last van hem heeft. Vaak ligt er bij deze mensen een verslaving of andere problematiek aan ten grondslag. Sjors bijvoorbeeld, is al sinds jaar en dag verslaafd aan de speed. Hij is als kind gediagnostiseerd met ADHD en krijgt daarvoor speciale medicatie. Wanneer deze medicatie wordt vergruisd en opgesnoven, werkt dit hetzelfde als amfetamine. Inmiddels heeft Sjors een heuse verslaving opgebouwd en om deze verslaving te onderhouden steelt en dealt hij in zijn dagelijks leven. Ook heeft hij af en toe last van psychoses. Doordat aan Sjors een ISD-maatregel is opgelegd wordt hij voor de keuze gesteld. Hij kan de opgelegde twee jaar vasthouding in een gevangenis uitzitten, of hij kan ervoor kiezen om mee te werken en in behandeling te gaan voor zijn problemen zodat hij straks met hulp weer terug de maatschappij in kan. Kiest Sjors voor behandeling dan ziet het traject er het volgende uit.

Sjors begint met een intramurale fase waarbij hij naar de gevangenis wordt gebracht voor allerlei onderzoeken en het opstellen van een detentie- en re-integratieplan.[1] Hierbij zijn verschillende partijen betrokken, namelijk de trajectbegeleider van DJI, het Psycho Medisch Overleg in de gevangenis en de reclasseringswerker. Daarna volgt een tussenfase, ook wel halfopen fase genoemd waarbij Sjors geleidelijk gaat van gesloten naar een meer open setting. Uiteindelijk zal op grond van het advies van de gevangenisdirecteur en het college van burgemeesters en wethouders, door de selectiefunctionaris worden besloten dat Sjors toe is aan de extramurale fase. Het doel van deze fase is Sjors zijn stoornissen en/of verslavingen te leren beheersen en hem te laten re-integreren in de samenleving. De duur van deze fase varieert van zes maanden tot anderhalf jaar en bestaat uit een zorgtraject binnen een GGZ-instelling en een re-integratietraject, waarbij aandacht wordt besteed aan begeleid wonen en dagbesteding. Aan deze laatste fase zijn voorwaarden gesteld. Er zijn algemene voorwaarden waarbij Sjors zich onder andere moet houden aan de aanwijzingen van de trajectbegeleider, geen strafbare feiten plegen en van de drugs afblijven. Naast deze algemene voorwaarden kan de gevangenisdirecteur ook bijzondere voorwaarden stellen. Reclassering houdt toezicht op de naleving van deze voorwaarden en rapporteert de gevangenisdirecteur maandelijks over het verloop van de extramurale fase.[2][3]

Sjors krijgt dus te maken met verschillende partijen waaronder een verantwoordelijke gevangenisdirecteur en een toezichthouder in de vorm van reclassering. Verder zal de uitvoer van zijn behandeling plaatsvinden in een GGZ-instelling. Wanneer Sjors doet wat er van hem wordt verwacht, zijn er geen problemen en zal Sjors met de nodige begeleiding binnen twee jaar weer in de maatschappij rondscharrelen. Sjors is echter geen heilige en streken leer je niet zomaar af, waardoor er het nodige wordt gevraagd van toezichthouders en verantwoordelijken. Wie grijpt nu wanneer in?

Wanneer Sjors door het personeel van de GGZ-instelling voor het eerst wordt betrapt op het dealen van drugs in de binnentuin is het raak. Sjors heeft door het dealen één van zijn voorwaarden niet nageleefd. Drugs dealen is strafbaar en strafbare feiten moeten worden gemeld. In de praktijk zal contact worden opgenomen met Reclassering, want zij moeten toezien op de voorwaarden. Wanneer het gaat om een eerste keer, kan nog wel eens in overleg worden besloten om Sjors een tweede kans te geven. Sjors heeft immers veel spijt van wat hij heeft gedaan. Mocht dit nu vaker voorkomen, dan zal Reclassering dit melden aan de gevangenisdirecteur. Deze kan vervolgens beslissen dat Sjors de rest van zijn straf uit moet zitten in de gevangenis. Tot dusver geen probleem, mits er tenminste een plekje vrij is in de gevangenis, want de gevangenissen in Nederland zitten bommetje vol.[4] Dit is niet het probleem van de GGZ-instelling want daarmee zijn afspraken gemaakt en weet men dat bij het overtreden van de voorwaarden, iemand als Sjors terug moet worden genomen. Wel is het een landelijk probleem waar gauw wat aan gedaan moet worden want vanaf 1 januari 2020 kan het wel eens een drukke bedoeling worden. Waarom? Check onderstaande.

Dat Sjors zelf niet vies is van een pilletje of een lijntje, blijkt wel wanneer hij op een middag terugkomt van verlof. Wanneer hij strak van de speed op de afdeling komt, merkt personeel zijn toestand gelijk op. Aan Sjors wordt gezegd dat het beter is dat hij op zijn kamer verblijft. Sjors weigert dit, loopt de afdeling op en begint door zijn toestand een medecliënt lastig te vallen. Anno 2019 is het nog mogelijk om aan Sjors een beperking op te leggen in de vorm van een kamerprogramma of een afzondering. Mocht hij volledig geagiteerd raken dan zou hij zelfs gedwongen in een separeerruimte worden geplaatst. Vanaf januari 2020 is dit geen optie meer want dan is de titel van Sjors vrijwillig. Hij kan dus zijn medecliënt blijven irriteren en weigeren naar zijn kamer te gaan. Het personeel zit nu met een probleem. Sjors overtreedt de voorwaarde om zich begeleidbaar op te stellen dus zit er niets anders op dan Reclassering te bellen en dit te melden. Hiermee is de kous nog niet af, want dan moet er nog worden besloten wat er met Sjors wordt gedaan. Hem op de afdeling laten is geen optie want medecliënten hebben last van hem en ook is hij ondertussen met zijn gedrag het personeel aan het uitdagen. Een andere optie is dat er contact wordt gezocht met de gevangenisdirecteur, aangezien hij verantwoordelijk is voor Sjors. De gevangenisdirecteur heeft echter nog steeds het probleem dat de gevangenissen in Nederland overvol zitten, dus is er eigenlijk op dat moment ook geen plek voor Sjors. Als het om schaken zou gaan, zouden we dit een pad-stelling noemen. Sjors heeft nog een rest aan gevangenisstraf openstaan, maar daar is op dit moment geen plek. Meewerken met het personeel wil hij ook niet en beperken mag niet meer door zijn vrijwillige titel. Wat nu? Ik heb helaas het antwoord niet.

Zou Sjors bij het vragen om naar zijn kamer te gaan nu helemaal de pan uit flippen en medewerkers willen aanvliegen, dan is dat uiteraard wel een reden om hem met dwang even in een separeerruimte te zetten. Veiligheid gaat immers boven alles. Als nu ook blijkt dat Sjors psychotisch is en handelt vanuit zijn stoornis, dan zou er nog een crisismaatregel aangevraagd kunnen worden. Een crisismaatregel mag immers wel naast een strafbeschikking, waardoor Sjors uiteindelijk onder een gedwongen titel komt te vallen en het personeel hem alsnog kan beperken in zijn zelfbeschikkingsrecht. En ziet het er naar uit dat die crisismaatregel opgelegd gaat worden dan kan er zelfs tijdelijk verplichte zorg worden opgelegd. Zo kan Sjors, nog steeds schuimbekkend in de separeerruimte, alsnog het spuitje in zijn bips verwachten als de psychiater dat nodig acht.

Uit bovenstaande komen meerdere problemen naar voren. De gevangenissen in Nederland zitten nu al helemaal vol waardoor het erg moeilijk is om iemand van een GGZ-instelling terug te plaatsen naar de gevangenis van herkomst. Eén van de redenen dat gevangenissen zo vol zitten is dat er ook veel tbs’ers verblijven die wachten op een plek in een tbs-kliniek. Deze tbs-klinieken zitten namelijk ook overvol! Vanaf 1 januari 2020 wordt het nog meer aandringen want door het omzetten van de gedwongen titel naar een vrijwillige titel voor ISD’ers, zullen er naar verwachting meer terugplaatsingen plaatsvinden. Juist omdat GGZ-instellingen niet meer over de mogelijkheid beschikken om in te grijpen, daar waar het zo hard nodig is en de gevangenisdirecteur de verantwoordelijke is.

Ik voorzie problemen. Vandaar deze noodoproep aan alle gevangenisdirecteuren; Hou rekening met een nieuwe toestroom van gedetineerden vanuit de GGZ-instellingen want deze aantallen zullen naar alle verwachtingen enorm gaan stijgen. Oh, en nog een woordje voor het ministerie en de regering; Open als een malle die gevangenissen en tbs-klinieken waarvan jullie het anno 2014 zo nodig vonden om deze te sluiten!

Volgende week volgt deel 2 van het tweeluik; tbs’er Sjimmie


[1] https://www.dji.nl/binaries/informatieblad-isd_tcm41-120837.pdf
[2] Kamerstukken II, 2008/09, 31110, 9, Bijlage 1: Procesbeschrijving ISD
[3] Ministerie van Justitie, ISD-casusbeschrijvingen, 2 december 2008
[4] https://www.dvhn.nl/drenthe/Groot-Bankenbosch-Veenhuizen-in-beeld-als-tijdelijke-gevangenis-24998417.html?harvest_referrer=https%3A%2F%2Fwww.google.com%2F

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn aangegeven met *

Plaats reactie